LOCHEM - Hij overleefde drie concentratiekampen en een vreselijk bombardement op een schip waar hij op het einde van de Tweede Wereldoorlog als gevangene op zat. De inmiddels 94-jarige Wim Aloserij uit Lochem sprak jarenlang niet over de verschrikkingen die hij in de oorlog meemaakte, maar donderdag wordt het eerste exemplaar van zijn boek 'De laatste getuige' overhandigd en dat vertelt het volledige verhaal.

Aloserij zat in Kamp Amersfoort en kwam daarna in de Duitse concentratiekampen Neuengamme en Husum terecht. Om hem heen zag hij één voor één mensen sterven, maar Aloserij wist zichzelf in leven te houden. 'Ik gebruikte mijn instinct om steeds weer ergens een uitweg te vinden, maar ik was ook al gehard. Mij viel het rauwe kampleven iets minder hard op mijn dak, omdat ik thuis al een nare jeugd heb gehad. Met een stiefvader die me mishandelde. Maar wat ik in de kampen heb gezien, is verschrikkelijk. Vooral in Husum. Sadisten waren het, die SS'ers. Ze lieten mensen naakt in de vrieskou buiten staan om er dan in hun dikke leren jas met een sigaret langs te lopen.'

Zinkend schip 

Aan het einde van de oorlog, toen de geallieerden oprukten, werden 5000 gevangenen van kamp Neuengamme met SS'ers op voormalig passagiersschip Cap Arcona gezet. Het schip werd in de zogenoemde Lubëcker Bocht, een baai in de Oostzee, gebombardeerd door de Britse Royal Air Force. 90 procent van de passagiers kwam om het leven, vooral door verbranding.

Tekst gaat verder onder de foto

Afbeelding
Foto Cap Arcona in 'De Laatste Getuige'

Veel gevangenen die het zinkende schip nog hadden weten te verlaten, werden doodgeschoten door de SS. Uiteindelijk waren er maar enkele honderden overlevenden. Wim Aloserij was één van hen. 'Ik was op het dek en zag al die ellende om me heen. Het schip brandde. Ik keek over de reling en dacht: Wim, niet duiken, dat overleef je niet. En toen zag ik een touw. Ik heb me laten zakken en in de ijskoude zee trof ik een leeg vletje. Op dat vlot ben ik met een paar mannen aan land gekomen.' 

Kijk hier naar de reportage (de tekst loopt door onder de video):

Geen stempel 'oorlogsfamilie'

Volgens Aloserij was er na afloop van de oorlog maar weinig aandacht voor de teruggekeerde overlevenden van concentratiekampen. 'Ze zaten niet te wachten op mijn verhaal. Ik kreeg geen geld, maar kende gelukkig een Joodse arts die via een stichting iets voor mij heeft geregeld.'

Hij is er niet verzuurd door geworden; integendeel. De 94-jarige is zo kwiek als een hoentje, lacht graag en kijkt vooral vooruit. 'Ik heb geprobeerd al die ellende uit mijn geest te halen.'

Schrijver Frank Krake heeft het hele oorlogsverhaal van Aloserij opgetekend. Tot de jaren 90 sprak hij niet of nauwelijks over wat hij allemaal had meegemaakt. Volgens Krake wilde Aloserij niet dat zijn familie te veel het stempel van een oorlogsfamilie zou krijgen.

Krake leert Aloserij kennen op een bijeenkomst van de Stichting Vriendenkring Neuengamme. De schrijver is geïnteresseerd in het verhaal van de geboren Amsterdammer en uiteindelijk volgt vele jaren later het boek De laatste getuige. Een titel die verwijst naar één van de weinigen die nu nog leven die zowel de verschrikkingen van Neuengamme als het bombardement van de Cap Arcona hebben overleefd.

Heeft u opmerkingen of aanvullingen op dit bericht? Mail dan met de redactie: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.

Wim Aloserij overhandigt donderdagavond het eerste exemplaar van zijn boek aan gedeputeerde Josan Meijers bij Boekhandel Lovink in Lochem.