In het kader van het NIOD fotoproject 'De Tweede Wereldoorlog in vijftig foto's' heeft een Drentse werkgroep vijftig opmerkelijke Drentse oorlogsfoto's verzameld.

Tijdens een bijeenkomst in het Drents Archief in Assen zijn hier vijfentwintig foto's uit gekozen die naar het NIOD gestuurd zijn. Uit alle provinciale inzendingen kiest het NIOD honderd foto's die in de Tweede Kamer tentoongesteld zullen worden.

Op deze website lichten we de komende tijd de vijfentwintig foto's uit de Drentse selectie toe.

Station Hooghalen

Kamp Westerbork werd tijdens de Duitse bezetting doorgangskamp 'Polizeiliches Judendurchgangslager Westerbork' voor de concentratiekampen in Duitsland, Polen en Tsjechië. Het eerste transport met Joden uit het kamp vertrok in juli 1942 vanaf station Hooghalen. Gevangenen moesten de vijf kilometer naar het station lopen.

Lees ook: Vijf kilometer lopen voor de trein

De 'Boulevard'

Later dat jaar werd het spoor doorgetrokken tot in het kamp. De trein stopte op de 'Boulevard', de centrale weg van kamp Westerbork. Links op de foto is te zien dat een klein transport is gearriveerd. Mensen lopen met hun handbagage naar de registratie. Op de voorgrond zijn de barakken met de nummers vijftig (links) en zestig (rechts) te zien  Op de achtergrond is de schoorsteen van het ketelhuis en de centrale keuken zichtbaar.

Dagelijks leven

De foto is gemaakt door de Duits-Joodse beroepsfotograaf Werner Rudolf Breslauer. In 1942 was hij samen met zijn gezin naar kamp Westerbork gedeporteerd. Van kampcommandant Albert Gemmeker kreeg hij de opdracht om het dagelijks leven in het kamp vast te leggen op foto en film. Dit leidde tot de Westerborkfilm. In 1944 werd hij gedeporteerd naar Auschwitz. Hij overleefde de oorlog niet. 

Lees ook: Westerborkfilm opgenomen in UNESCO-lijst van documentair werelderfgoed

Transporten

Vanuit kamp Westerbork vertrokken 93 treinen richting de kampen in Oost-Europa. Op 15 en 16 juli 1942 werden de eerste gevangenen naar Auschwitz gedeporteerd: 2030 Joden, onder wie een aantal weeskinderen. In de eerste maanden vertrok de trein twee keer per week. In 1943 werd dinsdag de vaste dag van het transport. Per barak werd bekend gemaakt wie gedeporteerd zou worden. Als je je naam hoorde, wist je wat je te doen stond. Je spullen pakken in dezelfde koffer, rugzak of plunjezak waarmee je ook naar kamp Westerbork was gekomen en in de trein stappen. Dit duurde tot 13 september 1944. Toen vertrok de laatste trein naar Bergen-Belsen met aan boord 279 mensen waaronder 77 kinderen die op hun onderduikadressen gepakt waren.