De ouders van Albert van der Helm hebben meerdere onderduikers in Hollandscheveld onderdak geboden. Vader Jan van der Helm heeft dit met de dood moeten bekopen. Toch begrijpt Van der Helm de keuze van zijn ouders.

Van der Helm werd in 1943 geboren en heeft zelf geen herinneringen aan de onderduikers in huis. Maar voor zijn ouders moeten het spannende tijden geweest zijn. "Mijn vader en moeder wisten van de consequenties. Maar ze wisten ook dat het tussen hen samen goed zat. Want het zou zomaar op een dag gebeurd kunnen wezen. Daar waren ze zich van tevoren van bewust en dat is ook zo uitgekomen."

Op 7 februari 1945 sloeg het noodlot toe. Het onderduikadres werd ontmanteld en vader Jan van der Helm en Jozeph Reiner, een van de onderduikers, werden ter plekke neergeschoten. De anderen zijn naar Westerbork gebracht.

Zwijgen

"Het was voor ons als kinderen een moeilijke tijd. Maar het zwaarste was het voor mijn moeder, zij moest alleen met ons verder en dan was er ook nog het bedrijf."

Thuis werd er nauwelijks over gesproken want het gezin moest door. Pas later vertelde Van der Helm's moeder weleens wat dingen. "Voornamelijk aan mijn vrouw. Ze vond bij haar een goed luisterend oor en zo zijn we nog vrij veel te weten gekomen."

Pas toen zijn moeder overleed, was de oorlog voor haar voorbij aldus Van der Helm. "Zij mocht 90 jaar worden maar het was steeds in haar gedachten". 

Onderdak verlenen

Terugkijkend vraagt Van der Helm zich af wat hij zelf gedaan zou hebben. Een ding is zeker. "Ze hebben het alleen kunnen doen door het geloof. Dat was hun houvast en dat is altijd zo gebleven. Daardoor is mijn geloof ook zo ontwikkeld. Wat er ook gebeurt, dat is het enige wat telt."

De onderduikers zouden 'even voor een nachtje' blijven. Maar het zijn vele maanden geworden. Onder hen de familie Reiner en Sally Kimel, een klasgenootje van Anne Frank uit Amsterdam.

Lees ook: Hoe een klasgenoot van Anne Frank in Drenthe de oorlog overleefde

Bijzondere band

"Voor de familie Reiner is het ook dramatisch afgelopen maar beide vrouwen hebben een mooie band gekregen. Zij hadden binnen een uur hetzelfde meegemaakt. Toen de bevrijding gekomen was, heeft mijn moeder een oude fiets gepakt en is ze als eerste naar Westerbork gefietst om te kijken of ze er nog zaten. Het was een heel slechte tijd maar ze hebben het overleefd. De contacten zijn tot de dag van vandaag gebleven."