In de buurt van Herinneringscentrum Kamp Westerbork zijn in september 2012 stoffelijke resten gevonden. De resten lagen op een begraafplaats die net ontdekt was. Het gaat om overblijfselen van mensen die daar net na de Tweede Wereldoorlog zijn begraven. Er zijn negen mannen en een vrouw begraven.

De Joodse barakken op het kamp werden na de oorlog gebruikt om zogeheten foute Nederlanders op te sluiten. Dat zijn mensen die in de oorlog NSB-er, landwachter of SS-er waren. Een deel van hen heeft het verblijf in Westerbork niet overleefd. Ze zijn tussen 1945 en 1947 anoniem begraven in het bos. Ze stierven een natuurlijke dood.

'Vergeten' begraafplaats

In 1960 werd besloten de graven te ruimen. Of dit ook daadwerkelijk is gebeurd, was lange tijd onduidelijk. Ook de exacte locatie van deze ‘vergeten’ begraafplaats was onbekend. Dankzij de inzet van de Bergings- en Identificatiedienst van de Koninklijke Landmacht (BIDKL) en van onderzoekers van het KLPD werd de plek van de graven vastgesteld.

Negen graven

Rondom het kamp is gezocht naar mogelijke resten van mensen die na de oorlog in het kamp verbleven. Op 20 september werden de eerste stoffelijke restanten van overledenen gevonden. In totaal zijn negen graven ontdekt. Uit het archief blijkt dat er tien graven waren van personen die in de Tweede Wereldoorlog lid waren van de NSB of van de SS. Het lichaam van een vrouw is in het verleden al opgegraven.

Herbegraven

Herinneringscentrum Kamp Westerbork liet weten dat de identificatie en het herbegraven van de stoffelijke resten één of twee jaar in beslag zal nemen. Na identificatie worden de stoffelijke resten elders herbegraven.