Het was het keerpunt in het Friese oorlogsleven: De Melkstaking van 1943. De houding van de mensen tegenover de Duitsers zou na de staking nooit meer hetzelfde zijn. 

De staking in Fryslân begon op 30 april 1943, als reactie op de bekendmaking dat Nederlandse militairen die in mei 1940 waren vrijgelaten opnieuw door de Duitsers gevangen zouden worden genomen. Het zou in totaal gaan om een groep van bijna 260.000 mannen. Deze aankondiging van Friedrich Christiansen, de bevelhebber van de Duitse troepen in Nederland, is voor veel mensen een laatste druppel, maar ook een directe aanleiding voor massale stakingen in Nederland.

Nooit eerder deden zoveel mensen mee aan een staking. Zelfs de boeren, die normaliter niet meededen aan stakingen, waren deze keer aanwezig. Als teken van verzet lieten zij de melk in de sloot lopen, in plaats van het naar de fabriek te brengen. Dit is ook de reden dat de staking in Fryslân de naam Melkstaking heeft meegekregen, want ook in de rest van Nederland werd gestaakt, maar daar is de actie beter bekend als de april-meistaking. 

Executies

De Duitse bezetter was niet blij met de staking en greep met harde hand in: het standrecht werd ingevoerd en eenieder die nog doorging met de staking, werd doodgeschoten. Hierdoor kwam er al snel een einde aan de staking. Op 3 mei was het alweer afgelopen.

Bij de Melkstaking kwamen meerdere Friezen om het leven, zoals Bouke de Vries. Hij deed op 1 mei mee aan de melkstaking in zijn dorp Oudega Wymbritseradiel. Om een arrestatie te voorkomen besloot hij onder te duiken. De bezetter nam daarop het besluit om in plaats van hemzelf, dan maar de vrouw van De Vries mee te nemen. Bouke meldde zich daarop vrijwillig bij de Duitse bezetter, die hem de doodstraf oplegde. Hij werd op 4 mei 1940 bij het Kalverdijkje in Leeuwarden gefusilleerd. Op de site van Fryslân 4045 zijn de verhalen van andere Friezen zoals Bouke de Vries terug te lezen. 

Pasfoto van Bouke de Vries

Keerpunt

De Friezen waren tot mei 1943 berustend in hun lot onder de Duitse bezetter. Behalve de weerstand in de meidagen van 1940 bij de Wonsstelling en de Afsluitdijk (waar enkele soldaten en één burger de dood vonden) was er van openlijk verzet weinig sprake. Er waren wel verzetsgroepen, maar de Duitsers spoorden deze op en stuurde deelnemers aan deze verzetsgroepen vaak door naar kampen. De orde en rust waren na de capitulatie in 1940 ook snel weer teruggekeerd in de Friese samenleving. 

In 1990 keek Omrop Fryslân in een serie documentaires terug op de Tweede Wereldoorlog. In deel drie stond de staking van 1943 centraal. Burgemeester Johannes Brandsma van Leeuwarden vertelt over die tijd en dat doet ook de familie De Jong die bij Bartlehiem een boerderij had en Wiebe Leenstra, directeur van de zuivelfabriek.

Tot de aankondiging van opperbevelhebber Friedrich Christiansen in de Nederlandse kranten verscheen. "In geen provincie is gedurende de laatste dagen van april 1943 de beroering zo sterk en zo algemeen geweest als in Friesland. Slechts hier is de staking inderdaad volkszaak geworden", aldus P.J. Bouman in zijn overzichtswerk 'De April-Mei-stakingen van 1943' ('s-Gravenhage 1950). Hij vervolgt: "Noch het massaal verzet van de Twentse of van de Zuid-Limburgse arbeiders, noch de stakingsactie in enkele Gelderse of Zuid-Hollandse steden zijn te vergelijken met de eensgezindheid, waarmede in Friesland alle standen en klassen, in de stad en op het platteland, 30 april één lijn trokken in een grootscheepse demonstratie tegen de bezettende macht." (Fryslân 4045

In 2015 maakte Omrop Fryslân nog een documentaire over de Melkstaking, en de ommekeer die dat veroorzaakte bij de Friese gemeenschap. Als de bezetter tijdens de staking 22 Friezen doodschiet is het gedaan met de rustige verhouding tussen de bezetter en de Friezen. In de laatste twee oorlogsjaren is er sprake van terreur en repressie. Als reactie daarop krijgt het verzet in Fryslân steeds meer steun van de bevolking. 

Na 1943 kregen kleine verzetsgroepen veel meer steun vanuit de Friese bevolking. Waar er voorheen berustend werd gereageerd op de bezetting door de Duitsers, was er nu meer weerstand te merken in de samenleving. Zo kwamen er meer onderduikadressen beschikbaar op het Friese platteland, en groeide het verzet zo sterk, dat er enkele grote daden konden worden gedaan, zoals de overval op de Leeuwarder gevangenis.