De dagboeken van de Joods-Duitse zuster Ellen Deitelzweig Senior zijn verwerkt tot boek. Vandaag is in Laren het eerste exemplaar overhandigt aan de vrouw die het allemaal in gang heeft gezet.

Ze was maar 1,54 lang. "Een klein en dapper vrouwtje", vertelt Joke Roos-Vermeulen. Ze kende de Duits-Joodse zuster persoonlijk en vindt het erg spannend wat er in de dagboeken staat.

Het is 2018 als Roos-Vermeulen haar huis opruimt na het overlijden van haar man en stuit op een doos met bijzondere inhoud. Dagboekjes, foto's, een band voor om haar bovenarm, het is een uitgebreide verzameling spullen.

Tekst gaat verder onder de video

De inhoud van de doos hoorde tot een goede vriendin van haar man, die zelf als wees uit kamp Tjideng in Nederlands-Indië kwam. "Ze was een vriendin van zijn pleegmoeder, en Ellen en mijn man hadden een speciale band. Misschien wel omdat ze allebei een achtergrond hebben in het kamp, hoewel ze daar naar mijn weten nooit over hebben gepraat", vertelt Roos-Vermeulen. "Ze was als een soort tweede moeder voor hem."

Privacy

Lezen deed Roos-Vermeulen de dagboeken niet, ze had door dat het om hele persoonlijke informatie ging. "Toen ik de dagboekjes in handen had, vond ik dat erg eng. Het is toch erg privé", vertelt ze, "en dat ik dit in mijn bezit had, dat heb ik nooit geweten. Ik was ook bang dat als ik eraan zou zitten, het misschien stuk zou gaan."

Maar wat ze er wel mee moest doen, wist ze niet. "In het eerste dagboekje had ik gelezen 'Hooghalen, Westerbork', maar het kwartje viel niet want ik bleef bij 'Hooghalen' steken. Toen hoorde ik op televisie over de actie 'niet weggooien' van het Herinneringscentrum toen dacht ik: o, tut, natuurlijk... daar moet het heen."

Tekst gaat verder onder de foto

Ellen Deitelzweig Senior liet veel spullen na waaronder drie dagboeken (foto: RTV Drenthe/Josien Feitsma)

'Aan Guido had je geen kind meer'

Roos-Vermeulen zocht contact met conservator van Herinneringscentrum Kamp Westerbork, Guido Abuys. Pas later toen hij langskwam besefte ze wat ze in handen had. "Guido viel helemaal stil, daar had je geen kind meer aan", vertelt ze. "Pas na zijn column en een uitzending van RTV Drenthe werd mij duidelijk hoe bijzonder de hele nalatenschap was. Dat was mij niet bekend want ik heb er niet in gekeken."

Abuys: "Je ziet eigenlijk een totaal levensverhaal dat blootgelegd wordt. Je krijgt niet alleen een heel goed beeld van het ziekenhuis, maar ook van talloze mensen die op dat moment in het kamp werkzaam waren."

Samengewerkt aan publicatie

Roos-Vermeulen maakte de publicatie van het boek mogelijk. Een vrijwilligster van Herinneringscentrum Kamp Westerbork heeft alle dagboeken letter voor letter uitgetypt. "Monnikenwerk", noemt Abuys het. En het moest er wel goed uit zien vond Roos-Vermeulen. "Ik wilde een hardcover, paperback vind ik armoedig, mooi papier en illustraties", grapt ze. "Ja, ik had wel mijn eisen. Ik lees zelf erg veel en weet wat ik mooi vind."

Dat het boek belangrijk is en een breed publiek moet bereiken, daar waren beide het wel over eens. "Het is zeer goed leesbaar, ze schrijft het in vrij eenvoudig Nederlands. Daarnaast is het dagboek ook vanuit die ogen bewerkt.", vertelt Abuys. "Vanuit de ogen van iemand die niets over Westerbork of Theresienstadt weet. Daar waar onduidelijkheid over kan zijn, is dan ook een verklaring onderaan de bladzijde te lezen."

Dilemma

Deitelzweig schreef in haar dagboek aan Tonny, een van haar vriendinnen. "Dat deed ze omdat ze in het kamp niet de mogelijkheid had om via briefwisselingen duidelijk te maken wat ze meemaakte en wat er door haar hoofd ging", vertelt Abuys. Het dagboek was haar uitlaatklep.

Maar is al die persoonlijke informatie dan wel bedoelt voor de buitenwereld? Een vraag die Abuys zichzelf ook stelde. "Ze schets situaties van na de oorlog waarin ze haar dagboek voorleest aan vrienden, waaronder Tonny. Misschien is ze ons nu wel heel dankbaar, maar we kunnen het haar niet meer vragen. Het is alleen zo belangrijk... dit moet je delen met anderen."

"Ik denk dat ze de boekjes niet voor niets al die tijd heeft bewaard", gaat Roos-Vermeulen verder. "Op deze manier wordt ook haar naam nog lang genoemd. Het zal geen leuke kost zijn om te lezen, maar ik wil nu wel weten wat er is gebeurd."

De originele dagboeken blijven te zien in de tentoonstelling Het Verdriet van de Bevrijding bij Herinneringscentrum Kamp Westerbork.