RHENEN - Gevleugelde woorden, afkomstig uit het boek Doodenwacht bij onze gevallenen. Op 16 mei 1940 begint op de Grebbeberg een trieste, indrukwekkende maar ook noodzakelijke en respectvolle onderneming: het zoeken naar de stoffelijke resten van gesneuvelden en daarna de identificatie en het in massagraven begraven van de vele honderden Nederlandse en Duitse soldaten die vielen tijdens de driedaagse Slag om de Grebbeberg. Op 20 mei is het werk volbracht. Er volgen later nog diverse bijzettingen.
Onder leiding van een Duitse officier en een onderofficier werd een beukenbos op de top van de Grebbeberg aangewezen als begraafplaats. Daar werd door tientallen vrijwilligers, Rode-Kruis helpers, geestelijken, een sergeant van de geneeskundige troepen en boeren uit de omgeving begonnen aan het beladen karwei. Ervan uitgaande dat bij een eerdere zoektocht alle nog aanwezige gewonden waren afgevoerd, werden nu de berg en de omgeving afgespeurd op zoek naar gevallenen. Voor het transport van de lichamen werden vrachtwagens gebruikt die de voorgaande nacht in konvooi vanuit Arnhem naar de Grebbeberg waren gebracht. Onderweg passeerde het konvooi al tal van lichamen.
Verzamelen en nummeren van de lichamen
Op de aangewezen begraafplek op de Grebbeberg werden alle aangevoerde lichamen zo goed en zo kwaad als dat ging geïdentificeerd. Alle lichamen werden voorzien van een envelop van het Rode Kruis waarop onder meer de vindplek van het lichaam werd genoteerd. Vervolgens startte de identificatie waarbij alle op het lichaam gevonden persoonlijke spullen, identificatielabels en bijvoorbeeld zakboekjes in de envelop werden gestopt. De identificatie stond onder leiding van sergeant Sellies van de Geneeskundige Troepen, bijgestaan door onder meer de Arnhemse geestelijken dominee Keers van het NH Diaconessenhuis en kapelaan Smulders. In het in 1945 uitgegeven boek Doodenwacht bij onze gevallenen' van G.H. Hoek beschrijft Smulders hoe confronterend die identificatie soms was:
'Er waren er velen bij die wij op deze wijze niet thuis konden brengen'(...) Daar waren de slachtoffers van bombardementen en anderen, die door een granaat-voltreffer waren getroffen. Moeilijk was het hun naam en herkomst vast te stellen. Soms vonden we in een der zakken wat papieren, soms niet meer dan een enkel herkenningsteeken.'
Berging en identificatie van de gevallenen - publiek domein
Daarna werden de lichamen naar de graven gebracht; langgerekte genummerde sleuven waarin de lichamen zij aan zij werden neergelegd. Op de envelop werden het nummer van de gravenrij en de plek van de dode in de rij genoteerd. Aan het eind van de dag werden de graven gedicht en werden de enveloppen weggehaald. Aan de hoofdzijde van het graf werden paaltjes geplaatst met daarop het nummer van het graf en de plaatsnummers van de gesneuvelden. Elke rij telde 60 lichamen. Ondanks alle inspanningen om tot een goede identificatie te komen, moest een groot aantal lichamen als 'onbekende soldaat' ter aarde worden besteld.
16 mei 1940: na de begrafenis volgt een korte plechtigheid - foto Grebbeberg.nl
Vaders en moeders zoeken hun zoon
Ondanks dat het terrein was afgezet, werd op en rond de Grebbeberg ook gezocht door familieleden, ongerust over het lot van hun zoon. Smulders herinnert zich een vader uit Silvolde die ineens op de berg opdook en, dodelijk ongerust als hij was, meehielp met het bergen van de lichamen. 'Nu moet U zich den toestaand van zoo'n man, zoo'n vader eens indenken, die daar zelf zijn gesneuvelden zoon komt zoeken. Onbegrijpelijk dat hij het kon doen. Maar hij hield vol, droeg dooden aan en keek bij elken nieuw bovengebrachte of het zijn zoon was. Die spanning was natuurlijk op den duur ondraaglijk. 's Avonds was hij dood-òp en zakte in elkaar. Den volgenden dag vonden we zijn zoon...'
Zorgvuldige registratie
Wie op welke plek was begraven werd zorgvuldig bijgehouden op lijsten die steeds langer werden. De lijsten, eigenlijk rapporten waarop niet alleen naam en nummer stonden maar ook informatie over het legeronderdeel van de gevallene, de dag waarop hij was gesneuveld en de en de vindplek van het lichaam, werden naar de burgemeester van Rhenen gestuurd. De website Grebbeberg.nl heeft een uitgebreid overzicht van de opgestelde rapporten.
Rij na rij gesneuvelde Duitsers en Nederlanders
Op de begraafplaats werden ook gesneuvelde Duitsers begraven. De Duitsers hadden na de slag weliswaar veel van hun doden naar Emmerik laten brengen maar als op 20 mei 1940 het werk is volbracht, telt de begraafplaats, die uiteindelijk uit zal groeien tot eerste Nederlandse ereveld, tien rijen graven.
Duitse graven op de Grebbeberg - publiek domein
De eerste vier zijn Duits, de daarachter liggende zes bevatten Nederlandse gesneuvelden. Later die maand wordt nog een zevende rij gedolven als alle soldaten die op dat moment nog in veldgraven op en rond de Grebbeberg liggen worden overgebracht voor een bijzetting op het ereveld. Op 3 juni telt het Nederlandse deel van het grafveld ruim 380 graven.
De belangstelling voor de nieuwe begraafplaats is onmiddellijk groot en 'Rhenen' trekt in de eerste bezettingsjaren tienduizenden belangstellenden die hun respect willen betuigen aan de gevallenen en het graf van een naaste willen bezoeken die niet meer terugkwam van de Grebbeberg.
(Foto Wikipedia)
Officieel Nederlands ereveld
Na de oorlog wordt de Grebbeberg officieel een Nederland ereveld. De Duitsers die er begraven liggen worden overgebracht naar de Duitse oorlogsbegraafplaats in het Limburgse Ysselsteyn. De Oorlogsgravenstichting krijgt het beheer over het ereveld. In 1953 wordt op het ereveld een groot monument met een kruis, geflankeerd door twee leeuwen. In 1967 worden alle graven, die op dat moment nog getooid zijn met verschillende kruisen, voorzien van gelijkvormige stenen. Honderden Nederlandse militairen die elders begraven lagen, zijn in de loop der jaren bijgezet op het Ereveld dat momenteel ruim 800 graven telt. Jaarlijks worden op 4 mei op de Greb de Nederlandse gevallenen herdacht.